Sperwer (Accipiter nisus)
Maximale afmeting:28 - 38 cm..

De schrik van elke kleine vogel is de sperwer. Deze kleinere versie van de havik is buitengewoon wendbaar en verrast zijn prooi door zich er in korte glijvluchten en behendig zwenkend tussen bomen en struiken bovenop te storten. Hij heeft een grijsbruine rug en een fijn gestreepte onderzijde.

Het mannetje is een vierde kleiner dan het vrouwtje. Hij komt in vrijwel heel Eurazië voor en wordt steeds meer in stedelijke gebieden gezien waar ze een gemakkelijke prooi hebben aan mussen en zangvogels Bijna overal zijn het zwerf- en trekvogels.

De sperwer zoekt het liefst de randen van naald- en gemengde bossen op als verblijfplaats. Zoals reeds vermeld, jaagt de sperwer voornamelijk op vogels waaronder de houtduif. De vrouwtjes slaan meestal een grotere prooi dan de mannetjes.

Laag over de grond vliegend, en gebruikmakend van zijn grote behendigheid verrast de sperwer zijn prooi vaak volledig. In bepaalde gebieden jaagt hij op spreeuwen die zich in grote groepen verzamelen. Ook jaagt hij wel op vleermuizen.

Tijdens de balts zie je de sperwers boven de boomkruinen vliegen waarbij ze in de opwaartse luchtstromen zweven. Het nest word dicht tegen de stam van de boom aangebouwd en voornamelijk door het vrouwtje gemaakt terwijl het mannetje het materiaal aandraagt.

In mei-juni worden 4-5 eieren gelegd die in 31-35 dagen worden uitgebroed. Als de jongen wat ouder zijn, gaat het vrouwtje ook zelf op jacht, maar omdat het mannetje de jonge vogels niet kan voeren, blijft zij vaak op het nest terwijl het mannetje het voedsel aanvliegt. Na ongeveer 5 weken vliegen de jongen uit.

© biesbosch.nu

© biesbosch.nu 2024