Sneepkil
Sliedrechtse Biesbosch. De sneep komt nog plaatselijk voor in het stroomgebied van de Maas en incidenteel worden ze ook nog wel stroomafwaarts aangetroffen. Het woord kil betekent watergeul.

Steen van Kloosteroord
Ligt in de Aakvlaai. Brabantse Biesbosch, Zuidwaard. Deze naam herinnert aan de molensteen waaraan een bolbaken werd bevestigd. Deze steen markeerde de (vermoedelijke) loop van de maas na de overstroming van de Groote Waard in 1421. De bolbakens gaven tevens de grens aan tussen het noordelijke- en zuidelijke deel van het gebied. Kees Rijkhoek schreef in zijn boek 'De Biesbosch kerend tij...' uit 1970 hierover; "een naam die dateert van 1560 toen Prins Willem van Oranje "met seeckere gezworen waterscheyders, tot dyen eynde van Sint Geertruydenberch off gevaren zijnde... wisten deur tontertasten van de grondt, alzoe de grondt van der Maze... met een lang ijzere in den grondt... eenige cleyne schilpkens upte brengen". Dit deed men om de verdronken Maasbedding terug te vinden tot afbakening van de heerlijke jacht-en visrechten. Daarbij werden "blaauwen olije molennsteen" als bakens verzonken, o.a. bij "Cloistersiort voirscreven". De steen van Kloosteroord was dus zo'n baken".

Sterlinggriend
Ligt in de Sliedrechtse Biesbosch en grenst aan de Kikvors of Otterpolder en de Mariapolder. Dit voormalige griendcomplex is bereikbaar via het griendmuseumpad. De griend is waarschijnlijk vernoemt naar de Dortse rentmeesterfamilie Sterling. Hermanus Uitwerf Sterling; Raad en Rentmeester der Nationale Domeinen onder Zuid-Holland en Lande van Heusden, had een rentmeesterkantoor in de Wijnstraat (later voorstraat) te Dordrecht. Rond 1820 trok Hermanus zich terug en nam zijn zoon Eliza Hermanus Nebbens Sterling het bedrijf over. In 1860 nam vervolgens zijn zoon Hermanus Adrianus Nebbens Sterling senior het van hem over. Herman Adriaan Nebbens Sterling junior zou het bedrijf naar een naamloze vernootschap leiden waarvan hij directeur werd. Bron: De polder Jannezand 1805-2000. Div. auteurs, ISBN 90-71056-13-9.

Vervoornepolder
Deze polder is vernoemd naar de familie Vervoorne, landeigenaren in en rondom Werkendam.

Vissershang
Oude vissershaven in Noord-Brabant, nabij het dorp Hank. Hang verwijst naar het uithangen van de vissersnetten zodat deze geboet en getaand konden worden. Hier zou dus een boetkeet gestaan kunnen hebben. Er zijn in de Biesbosch nog een aantal watertjes die de naam 't Hang, Hangsloot of Boetersloot dragen.

Wantij
Vaarwater vanaf Dordrecht naar de Ottersluis. Op een oude kaart uit 1611 (jansz en Daniel Schellincx) maakt dit water nog deel uit van de rivier 'De Merwen'. Op een kaart van M. van Nispen uit 1673 is echter te zien dat 'De Merwen' al snel in tweeën wordt gedeeld door aanwassen en verzandingen. 'De Merwede' loopt langs de Alblasserwaardse dijk en 'Den Biesbos' langs de noorderdijk. In de opvolgende eeuwen zal de eens zo brede stroom door aanwassen verder verlanden. Op de kaart van B.H. Goudriaan uit 1833 wordt het huidige Wantij 'Vaarwater van Geertruidenberg of Wantij' genoemd. Wantij betekend 'water waar twee getijden elkaar ontmoeten'. Voor het Wantij zijn dit de rivieren 'Beneden Merwede en Nieuwe Merwede.

Witboomkil
Voormalige roemruchte kil in de Brabantse Biesbosch, Noordwaard. I.S. Zonneveld schrijft in zijn boek 'De Biesbosch een halve eeuw gevolgd' "De soortensamenstelling is door de mens wat houtsoorten betreft in zoverre bepaald dat hij in dit zoetwatergetijdengebied alleen belangstelling had voor de wilgen en een enkele populier. De laatste (vroeger in de vorm van 'Witboom' = Populus nigra, later 'Canadassen' Populus div. hybriden) werd vooral als 'ree'boom (baken) geplant". Kees Rijkhoek schreef in zijn boek 'De Biesbosch kerend tij...' uit 1970; "op oude kaarten vindt men ook het Gaatje van Wisboom (op de ANWB-kaart de Wilgenboom Kil). Wilgen worden vaak witboom of wisboom genoemd. Vermoedelijk had dit gaatje dus zijn naam te danken aan een grote wilgenboom".

© biesbosch.nu 2024