Pannekoek

Algemeen
De Pannekoek is een klein wandelgebied (2 km) gelegen aan het Gat van Lijnoorden. Direct ernaast ligt het Biesboschmuseum, waarin het heden en verleden van De Biesbosch is te vinden.

Het pad leidt je langs een aantal specifieke Biesboschlandschappen. Hierin zijn verschillende voorbeelden van ambachten opgenomen die vroeger in het gebied werden uitgeoefend. In dit voor kinderen speelse en leerzame gebied vind je de volgende bijzonderheden: een griendark, een vangpijp van een eendenkooi, een wilgentuin met 40 soorten wilgen, een schrankkeet van riet waarin vroeger de griendwerkers verbleven.

De paden gaan langs griendenpercelen (wilgenakkers) in verschillende stadia. In combinatie met een bezoek aan het museum krijg je een goed beeld van de Biesboschgeschiedenis en de schoonheid van het gebied. Het is mogelijk om vanuit het museum een vaartocht met een fluisterboot te maken.

Biotoop
De Pannekoek bestaat voornamelijk uit wilgen, vlier, riet en natuurlijk water. Het leuke aan het gebiedje is dat er veel verschillende biotopen samenkomen. Rietgorzen, grienden (die nog steeds op traditionele wijze worden gehakt) en doorgeschoten wilgenvloedbossen worden afgewisseld met doorkijkjes over waterpartijen.

Flora & fauna
Het meest opvallende is de wilgentuin. Hier worden meer dan 40 wilgensoorten 'bewaard', waaronder soorten die in Nederland niet veel meer voorkomen. In deze tuin kun je goed zien hoe ze van elkaar verschillen. In de natte greppels van de griend zijn in het voorjaar gele lissen en spindotters te vinden. Het riet in de gorzen wordt jaarlijks gesneden. Langs de graspaden staat grote bereklauw, grote klis, madelief, harig wilgenroosje en look-zonder-look. Hoe belangrijk een kruid als look-zonder-look is, kun je in april met eigen ogen aanschouwen. Dan vliegt er een prachtige dagvlinder, de oranjetip. Ze legt haar eitjes voornamelijk op look-zonder-look dat er in deze tijd volop groeit. Naast vele soorten watervogels komen er verschillende soorten zangvogels voor waaronder de blauwborst, koolmees, fitis en winterkoning die gemakkelijk voedsel vinden in het insectenrijke gebied. Een roofvogel als de sperwer is gek op deze vogeltjes en maakt het leven voor hen een stuk minder eenvoudig. Met een beetje geluk kun je een spectaculaire achtervolging zien. In de winter overheerst het geel en bruin van riet en wilgenstammen die ieder op zijn eigen manier inspireert: voor de één een feest van pasteltinten voor de ander een mystieke ervaring.

Historie
De Pannekoek ligt, volgens een topografisch kaart van het kadaster uit 1807, in een gebied waar riet en wilgenbos voorkomt. In de opvolgende anderhalve eeuw zal het gebied een 'normale' biesboschontwikkeling doormaken van aanlanding en omkadingen. In 1953 ondergaat het gebied een dramatisch verandering als gevolg van een dijkdoorbraak. De kades worden niet meer hersteld en er worden (vlet)sloten aangelegd voor de afvoer van griendhout. Het gebied krijgt hiermee een meer open karakter. In 1978 krijgt de Stichting Nationaal Biesbosch Museum het zuidelijke, buitendijkse, deel van de Pannekoek in handen. In de loop van de tijd krijgt het gebied het aanzicht wat het nu heeft: een Biesbosch in het klein, aangevuld met historische elementen waaronder de vangpijp van een eendenkooi.

© biesbosch.nu 2024