De
waterrijke Biesbosch is met zijn
ondiepe, visrijke lagunes een
zeer geschikt jachtgebied voor
visetende roofvogels zoals de
zeearend en de visarend. De
zeearend met zijn imposante
spanwijdte van ruim twee meter
bezoekt de Biesbosch tot nu toe
uitsluitend als overwinteraar.
In de meeste gevallen draait het
om juveniele vogels, die snel te
herkennen zijn aan het opvallend
gevlekte verenkleed. Soms is er
ook sprake van oudere vogels,
die beschikken over witte
staarten.
De zeearend
broedt sinds 2006 in de
Oostvaardersplassen. Een
krakkemikkige wilg fungeert
sindsdien als nestboom. Bij het
nest werd vorig jaar een webcam
geplaatst. Daarmee is bijzonder
beeld vastgelegd. Dit jaar is in
het nest gluren echter niet
mogelijk. Het paar zeearenden
bouwde namelijk een nieuw nest
in een ontoegankelijk
terreingedeelte van de
Oostvaardersplassen. In maart
ontdekten boswachters van
Staatsbosbeheer het bij toeval
tijdens het bestuderen van
luchtfoto’s. Met het oog op
verstoring van deze unieke
broedvogels, plaatste men dit
keer echter geen webcam.
Dit jaar dus geen beelden van
het familieleven van het koppel
zeearenden, wel is vastgesteld
dat er twee jongen zijn
uitgekomen. Naast de zeearend
verblijven er in de Biesbosch
ook regelmatig visarenden.
In het Biesbosch
Museum in Werkendam is er vanaf
woensdag 1 september een
fototentoonstelling te
bewonderen over de
Amerikaanse
Zeearend. De fotograaf, Dennis
Binda, maakte dit fotowerk in
Homer, Alaska tijdens een
fotoreis in maart van 2008.
Dennis Binda, Paramaribo 1957,
valt in de categorie vogelende
fotografen. Fotografie was op
twintigjarige leeftijd al een
hobby maar moest plaats maken
voor opleiding en gezin. In 2006
heeft hij de hobby weer opgepakt
om een gezinsreis naar de
Okavango Delta in Botswana vast
te leggen. Sindsdien is het voor
Dennis vogels en zoogdieren wat
de klok slaat.
Roofvogels hebben zijn voorkeur,
zoals duidelijk te zien is in de
tentoonstellingszaal van het
museum. Veel heeft hij
opgestoken van de Amerikaanse
beroepsfotograaf Charles Glatzer
die de manuele instelling
predikt. Elk jaar probeert
Dennis ten minste één maal een
seminar te volgen bij
Charles ‘Çhas’ Glatzer omdat er
nog zo veel te leren valt van
deze man.
Fotograferen is voor
Dennis de moderne equivalent van
jagen geworden, nog steeds de
ouderwetse jacht, maar de vangst
is diervriendelijker geworden.
Ooit begon Dennis met een
analoge Yashica en in 2006 werd
de eerste stap in het digitale
domein gezet middels een Nikon
D70 en iets later de D200. Die
laatste in combinatie met de
Sigma 300-800 was een zware
beproeving (letterlijk).
Uiteindelijk heeft hij zijn
draai gevonden bij Canon. Naast
de Mark3 body zijn er de 500mm,
300mm, 70-200 mm en 24-70mm
lenzen. Statief is van Gitzo,
statiefkop van Wimberly.
De tentoonstelling duurt t/m 30
november.
Meer foto’s van Dennis Binda:
www.wildlifepics.eu