De Tielse kroniek
(Een tijdsbeeld in schrift)
(Deel 3
De auteur)
Henk van de Graaf
De kroniek
In
de stad Tiel ligt een document, een oude kroniek uit de 15de
en 16de eeuw. De Tielse kroniek. Na de vertaling in 1978
vanuit het Latijns naar het moderne Nederlands kan iedereen
kennis nemen van de inhoud van dit unieke document.
Beschrijvingen uit eerste hand van stormvloeden, epidemieën,
(stads)branden, dijkdoorbraken en andere zaken maken dat de
kroniek soms leest als een spannend boek. Hoewel veel van de gebeurtenissen gesitueerd zijn in de
omgeving van de dorpen Tiel en IJzendoorn aan de rivier de
Waal, moeten de bewoners van de dorpen rond De Biesbosch
regelmatig hetzelfde hebben doorstaan. In een vijftal
artikelen zullen we aan de hand van de kroniek trachten u
een beeld te geven van de strijd tegen de elementen die de
16de-eeuwse 'riviermensen' bijna dagelijks bezig hield. In
dit derde deel meer over de auteur van de kroniek.
Zie ook de delen: 1)
Hoe het begon.
2)
De kroniek.
De
Tielse kroniek (deel
3: de auteur)
Een
geschiedenis van de lage landen van de volksverhuizingen tot
het midden van de vijftiende eeuw met een vervolg over de
jaren 1552 - 1566.
De auteur
Ondanks het feit dat een paar historici zich hebben laten
verlokken tot uitspraken over de mogelijke auteur (Willem
van Wije en de heer van IJzendoorn) is nog steeds niet
vastgesteld wie de auteur van de Tielse kroniek is.
Wat weten we dan wel over hem? Tussen de regels door kunnen
we wat over hem te weten komen. In 1425 werd zijn huis in
Tiel door brand verwoest waarbij hij verteld dat hij nog
jong was en een half jaar getrouwd. Later blijkt hij in
IJzendoorn te wonen en persoonlijk aanwezig op de Waaldijk
bij een dijkdoorbraak.
In december 1437 stond hij tezamen met de dorpelingen van
IJzendoorn op de Waaldijk toen die dreigde door te breken
door een ijsdam. Hij beschrijft hoe hij met bevroren kleren
tot aan zijn knieën in het water stond.
Weer later, rond 14 januari 1438 was hij getuigen van een
gebeurtenis in Ooij.
De Waaldijk was tussen Tiel en IJzendoorn op 7 plaatsen
doorgebroken. Een echtpaar was achtergebleven op een
geïsoleerd dijkvak. Hij wilde opstappen in de boot die
uitvoer om het echtpaar te redden maar de anderen zeiden hem
dat hij beter naar huis kon gaan om op zijn pennenveren te
letten. Dit gegeven kan duiden op een functie als klerk,
rentmeester of schoolmeester.
20 Februari 1799. Gezicht van de bezetting van het
ijs tegen den dijk.
Omkruiing van het steenen wachthuis buiten de
Waterpoort te Grokum. Cornelis de Jonker 1799. Copyright
Atlas van Stolk |
De auteur moet
omstreeks 1400 geboren zijn, in 1425 getrouwd en een
tijdlang woonachtig in Tiel. In 1437 duikt hij op in
Ijzendoorn.
De auteur heeft relatief veel aandacht geschonken aan
waterstaatkundige zaken waarmee enkele historici het
vermoeden hebben dat de auteur dijkgraaf, heemraad of
ambtman is geweest. Verder valt op dat hij zich beperkte tot
de spectaculaire en dramatische kanten van watersnoden wat
dan weer in tegenspraak kan zijn met het voorgaande.
De auteur moet toegang hebben gehad tot een goed uitgeruste
bibliotheek. Ook moet hij bekend zijn geweest met het 'vak'
kroniekschrijven en moet goede contacten hebben gehad met
het 'Utrechtse' gezien het Utrechtse 'accent' wat in de
kroniek doorklinkt; destijds een cultureel en geestelijk
bolwerk. Verder valt zijn bijzondere belangstelling voor het
intellectuele leven, geestelijke orden en internationale,
lokale en historische actualiteiten op. Deze combinatie is
een unicum in het kroniekschrijversland.
De lokale
Tielse- en Betuwse informatie en dan met name de
bijzonderheden over de watersnoodrampen hebben de Chonicon
bekend gemaakt.
In
1449 stopt de Chronicon Tielense echter abrupt. Waarom is
onduidelijk. Is de anonieme auteur overleden, ziek geworden
of zijn er andere oorzaken? Opvallend is het ontbreken van
de laatste bladen van het zesde boek. Wat is er met deze
laatste bladen gebeurt. Er vanuit gaande dat ze beschreven
zijn geweest hadden ze misschien licht kunnen werpen op de
identiteit van de auteur.
Hoe dan ook, met de overlevering van de verhalen in de 'Chronicon
Tielense' krijgen we een inkijkje in het leven van mensen
rond de jaren 1421.
De periode waarin het Bergse veld en de latere Biesbosch
ontstond. Anoniem of niet, wij zijn de auteur dankbaar voor
de 'pareltjes' aan teksten die verhalen over de vaak
moeilijke omstandigheden van de 'riviermensen' die langs de
dijken van de grote rivieren leefden.
De volgende keer gaan we
'verhalen' uit de kroniek.
Tekst: Henk van de Graaf
Bronnen: De Tielse kroniek, Jan Kuys, Leontien de Leeuw,
Valentijn Paquay en Remi van Schaik, Uitgeverij Verloren, 1983.
Afbeeldingen: Copyright
Atlas van Stolk
|
|