Terugbrengen van die
beschutte vliegwegen van
vlinders krijgt
nationaal en
internationaal aandacht.
Een goede maatregel is
ook het bij Wet
beschermd verklaren,
zoals dat bij ons gedaan
is in 1991 voor 19
soorten waarvan echter
op dat moment reeds
enkele uitgestorven
waren.
De
vlinderdeskundigen
vermoeden met de
nachtvlinder net zo’n
indicator voor de
toestand van ons milieu
te hebben als met de
dagvlinder. Voor de
dagvlinder is men zo'n
14 jaar geleden begonnen
met een systematisch
onderzoek om het verband
van de aanwezigheid van
vlinders en de toestand
van het milieu vast te
stellen.
Uit dat onderzoek waar
zeer vele
amateurbiologen bij
betrokken zijn en dat
gecoördineerd wordt door
de Vlinderstichting te
Wageningen, zijn veel
adviezen aan
natuurbeheerders
gegeven. Deze adviezen
betreffen de inrichting
van de begroeiing in
onze zo kostbare natuur.
Het resultaat is nu
reeds te zien aan de
toename van de
vlinderstand. Veel werk
moet echter nog verzet
worden.
Met het
vlindervriendelijk
wijzigen van ons omgaan
met de natuur, en het
herintroduceren van
uitgestorven
vlindersoorten komen de
vlinders terug. Zo zijn
in 1990 in de Moerputten
het Pimpernelblauwtje en
het Donkere
Pimpernelblanwtje en in
1993 in de
Veenweidegebieden van
het Zuid-Hollandse
Groene Hart, de Zilveren
maan teruggebracht.
|