Grote brandnetel
(Urtica
Dioica)
Marijke Smeenk
De naam van deze saai ogende, maar o zo
veelzijdige plant is afgeleid van het Latijnse urere (branden) en het
uit het grieks stammende dioica (di, twee) en oikos (huis). Vrouwelijke
en mannelijke bloemen hebben namelijk elk hun eigen plant en de
grote brandnetel wordt daarom tweehuizig genoemd in tegenstelling
tot de kleine brandnetel, die eenhuizig is.
Onder de netels met hun vierkante stengel, kruisgewijze bladstand,
bijna eirond gezaagde bladeren en blad- en stengelbeharing neemt de
grote brandnetel wel een heel bijzondere plaats in. Een kruid van
uitersten is het, ruwe bolster, maar blanke pit. |
|
|
Wellicht mede door zijn Euro-
Siberische oorsprong is hij stevig behaard: korte normale haren op
stengel en bladonderkant en lange brandharen alleen op de stengel.
Zijn verdediging tegen insectenvraat en tegen aanranding van ons
mensen is zeer effectief. De door kiezelzuur verharde celwand van de
brandhaar priemt bij het minste contact in onze huid en brengt de
giftige celinhoud, waarvan de stof histamine deel uitmaakt, in het
weefsel van de onderhuid. Gelukkig zijn er altijd wel de paarse
hondsdraf of in deze tijd van het jaar de bladeren van de weegbree
in de buurt te vinden. Even flink met het gekneusde blad over de
wond wrijven en de pijn is verdwenen. Een wapen is het, meer niet,
want na de bloei zijn de brandharen bijna geheel verdwenen.
Tot in oktober bloeit de
brandnetel en het is een leuk gezicht om op warme dagen de
meeldraden van de mannelijke bloemetjes zich plotseling te
zien strekken om dan een stuifmeelwolkje weg te schieten,
dat door de wind wordt afgeleverd bij een vrouwelijke plant,
die in bloei staat. Die vrouwtjes kun je met enige moeite
herkennen aan de lichtgroene, wat langere hangende trossen
in de oksels van bladeren. De mannetjes bloeien met kort
rechtopstaande bolletjes.
Ja, veel aan deze plant is onverwacht! |
|
Het is eigenlijk als je het goed
bekijkt een heel sociale plant. Hij deelt zijn biotoop met vele
planten, die natuurlijk wel stikstofminnend moeten zijn. Hij heeft
niet, zoals vele kenners dachten, de Biesbosch overwoekerd, maar
plek gegund aan moerasspirea, valeriaan, engelwortel en wellicht al
te sociaal ook aan de grote springbalsemien.
Onderdak geeft hij aan veel
vlindersoorten.
Voor de larven van dagpauwoog, kleine vos, landkaartje en
atalanta is hij de enige of in ieder geval de voedselplant
van hun voorkeur.
De nachtegaal, koning van de zangvogels, wordt veelal
geboren temidden van de netels.
De bosrietzanger broedt in netelruigten en maakt zijn nest
vast aan de stengels. |
|
En wat is zijn nut voor de mens?
In het verre verleden, in de Bronstijd werden de doden reeds in
neteldoek begraven.
Hippocrates (460-377 v.C) beschreef de voedende waarde van het kruid
en zijn urineafdrijvende eigenschappen. De Romeinen geselden hun
gewrichten, reumatisch geworden in onze koude streken, met vers
brandnetelloof en wisten daarmee in strenge winters hun ledematen
warm te wrijven.
In de Middeleeuwen, toen gebruik van katoen nog niet bekend was,
herontdekte men het gebruik van neteldoek. Wellicht werd ook Mozart
in neteldoek begraven…
In de eerste wereldoorlog liepen militairen vanwege een tekort aan
vlas en hennep in uniformen van neteldoek en werd het groene sap van
de plant gebruikt als camouflagemiddel.
En wij in onze tijd weten steeds meer
gebruik te maken van deze interessante plant: in de lente kunnen de
jonge bladeren verwerkt in salades en soepen. Hij kan gegeten als
spinazie en gedronken in de vorm van thee. In sommige streken wordt
er bier van gebrouwen. De plant bevat veel ijzer en eiwit.
Twee heren, rijk geworden van
de verkoop van Marktplaats.nl zien zoveel in de plant, dat
zij 40 hectaren grote brandnetel aanplantten in de Noord-
Oostpolder om er na een jaar of vijf hoogwaardige
brandnetelkleding uit te winnen. Warm en zacht zal ze zijn,
helaas wel duur.
Een advies nog als laatste ode
aan dit kruid: plant een klein groepje in uw tuin, ergens
achteraf en kijk er niet meer naar om. Bovengenoemde
vlinders leggen hun eitjes graag in onooglijke planten. Dank
zij de brandnetel en U zal hun voortbestaan in Nederland
verzekerd zijn.
Reageer op dit artikel
Tekst Marijke Smeenk
HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl
|
|
|