Biesbosch.nu

Magazine mei/juni 2006

Bovenkant Biesboschmagazine. Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Terug naar inhoudsopgave

De klepduiker
                    
     Henk van de Graaf

Zaterdag 28 juli 1990. Drie jongens leggen met een bootje aan bij een eilandje in een pas gegraven meertje. Eén van de jongens graaft wat in de grond, vindt een botje en gooit het achteloos weg. Als even later een ribbenkast en een menselijke schedel naar boven komt, slaan de jongens alarm. Er wordt gedacht aan een moord en de politie verzamelt de botten.
Het gerechtelijk laboratorium meldt dat de dood meer dan 20 jaar geleden is ingetreden en daarmee is de eventuele moord verjaard.

De botten worden overgedragen aan archeologen die tot een spectaculaire conclusie komen. Het gaat om een man van tussen de 38 en 48. De ouderdom van het skelet is ruim 3300 jaar!

Onbeperkt houdbaar
Het is 3900 vóór Christus. Met boomstamkano's bereiken de eerste bewoners de meest westelijke gelegen stroomrug in het deltagebied van de grote rivieren. Het is een woest getijdengebied met rivieren en kreken te midden van moeras- en kweldergebieden. De rivier heeft er een stroomrug van zand en slib afgezet, een verhoging in het landschap, een droge plek in het midden van een zeer vruchtbaar gebied. Een waterwereld met voldoende voedsel.

Duizenden jaren zouden de bewoners er leven van jacht, visserij en het verzamelen van planten. De sporen die deze mensen hebben achtergelaten, zijn langzaam weggezakt in het zompige veen. Stormvloeden hebben het vervolgens afgedekt onder een zuurstofdichte laag van slib en klei, en die conserveerden het in een kleipakket met bijna 'onbeperkte houdbaarheidsdatum'. Het is slechts het verstrijken van tijd en een flinke dosis geluk die het weer aan de oppervlakte zou brengen.

De Kaviaareters
Kaviaar.Najaar 1958. Bij werkzaamheden in Vlaardingen graaft een dragline een vuurstenen bijl op. Als er meer vondsten bovenkomen, start er een opgravingcampagne die van 1959 tot en met 1964 heeft geduurd.
Naast menselijke bewoningsresten worden tenminste 26 verschillende vogelsoorten gevonden, waaronder veel  eendensoorten en zelfs een botje van een Kroeskoppelikaan.
Zoogdieren als Wild zwijn, Edelhert, Ree, Bever, Wilde kat, Boommarter, Nerts, Bunzing en zelfs de Bruine beer blijken op het menu van de rivierbewoners te hebben gestaan.
 
Er wordt een fuik aangetroffen die wordt gedateerd tussen 2900 en 2600 vóór Christus, waarmee vissoorten als Aal, Kwabaal, Prik en Puitaal zijn gevangen. Het is dan inmiddels wel duidelijk dat er een archeologische schatkamer is aangeboord.

Een opmerkelijke vondst is een met palen afgesloten kreek, mogelijk een visval voor de Steur; een prehistorische vissoort die enkele meters lang kon worden, een belangrijke bron van eiwitten vormde en - curieus - leverancier van het ook nu nog zeer gewilde en uiterst kostbare kaviaar. Het levert de prehistorische bewoners de bijnaam 'De Kaviaareters' op.

Klepduiker
1995, Vlaardingen, bedrijventerrein Hoogstad. Er wordt een unieke vondst gedaan.
Het is bij archeologen al langer bekend dat er rond 175 vóór Christus dammen werden  gebouwd om grip te krijgen op het in- en uitstromende getijdenwater.
Bij het afsluiten van een kreek door een dam ontstaat echter het probleem dat overtollig regenwater niet meer kan worden afgevoerd en er vernatting van het achterland zou ontstaan.
Het moet ergens in de eerste eeuw ná Christus  zijn geweest toen iemand op het geniale idee is gekomen om in een dam een holle boomstam te leggen. Hierdoor blijkt de waterstand in de kreek beter beheersbaar te zijn. Het bijzondere is echter een houten klepje aan de boomstam dat door het opkomende 'buitenwater' wordt
dichtgedrukt en bij veel regenwater, als het waterpeil in de kreek stijgt, wordt open gedrukt zodat de kreek kan leeglopen.

De opgegraven, in elkaar geschoven boomstammen zijn een uniek 'document' die de  inventiviteit van de vroege mens blootlegt en zijn drang om de leefomgeving te beheersen. Er zijn in het Maasmondgebied elf van dergelijke duikers aangetroffen en het lijkt erop, gezien het feit dat er maar drie duikers buiten het Maasmondgebied zijn aangetroffen, dat het om een lokale uitvinding gaat en niet een Romeinse innovatie.
De gevonden klepduiker word gedateerd op 75 - 125 ná Christus en is daarmee de oudste, tot nu toe gevonden duiker van West-Europa.

Eureka
Latere versie van een klepduiker. Copyrights Biesboschmuseum.
Is het een holle boomstam geweest die in een dichtslibbende kreek is vastgelopen waar het 'Vlaardingenmens' naar heeft staan kijken toen hem een licht is opgegaan?
Is het misschien een dam van een Bever geweest, die destijds volop in het gebied hebben geleefd, die hem of haar op het lumineuze idee bracht?
Of is het die ene geniale gedachte geweest, een Einsteinachtige brainwave, een 'Eureka' van een verlichte geest die, in het door wateroverlast geplaagd gebied, op het idee is gekomen van de klepduiker?

We zullen het nooit weten, maar met de drang tot het beheersen van de waterhuishouding in zijn leefgebied was het deze 'riviermens' die de basis heeft gelegd voor de uiteindelijke ontginning van het Deltagebied en indirect zelfs die van de baggerindustrie waar Nederland duizenden jaren later wereldwijd respect mee heeft afgedwongen.

Zie ook het artikel; De stroomrug (archief)

 

Terug naar inhoudsopgave

Bronnen:
Biesboschmuseum en
Tim de Ridder: Van donk tot stad. Water: vriend en vijand.
Uitgave Vlaardings archeologisch kantoor.
Niets uit deze pagina mag worden gepubliceerd zonder toestemming van de auteur(s).
Ongevraagd gebruik van andermans beeldmateriaal is strafbaar.
2006 © Biesbosch.nu