|
©
foto Hans Gebuis/www.stockburo.nl
Aan de rand van
een plas
Drie
reigerachtige bakkeleide
over een vis
aan de rand van een plas
aan de rand van een plas
'als ik te lang wacht'
dacht de Grote zilverreiger
'mis ik die vis
en vinden die andere mij een loser
aan de rand van deze plas
aan de rand van deze plas'
'ik ben hier de grootst
en de sterkste'
dacht de Blauwe zilverreiger
'en ik ben er bovendien het langst dus
heb ik het meeste recht op vis
aan de rand van deze plas
aan de rand van deze plas'
maar de Kleine zilverreiger
die de vis aan de rand van de plas had gevangen dacht
'als ik hier ter plekke zou doodvallen
zou alles gewoon doorgaan,
het gekrakeel om de buit
de vissen die zwemmen in het water
de zon en de wind
waarop we kwamen aanwaaien
naar de rand van deze plas
naar de rand van deze plas'
maar één ding is zeker
morgen
als die twee anderen weg zijn
kom ik terug om te vissen
want
er zit vis in deze plas
er zit vis in deze plas
Henk van de
Graaf
|
